De recente archeologische vondsten in Krommenie hebben voor een verrassende wending in onze kennis van de Romeinse aanwezigheid in Nederland gezorgd. Dankzij de laatste opgravingen op het terrein van het voormalige Provily Sportpark, is er meer bekend over het bouwwerk dat daar duizenden jaren terug stond en herschrijven de archeologen hier de geschiedenis. Wat nog niet op elke archeologische website staat, stellen wij hier voor u vast: Het is nu 100% zeker: de Romeinen kwamen tot hier: in Krommenie.
Archeoloog Piet Kleij: “Als we hier niet waren gaan graven, waren we er nooit achtergekomen dat dit het noordelijkste puntje van het Romeinse rijk was.”
Het laatste nieuws over de geschiedenis van de Romeinen in Nederland laten we ons vertellen door gemeentelijk archeoloog Piet Kleij van de Gemeente Zaanstad. Hij leidde het projectteam van AM rond langs de opgravingen.
In juni, in de laatste week van de opgravingen, was de exclusieve rondleiding met archeoloog Piet Kleij gepland. Voor de ingang van het voormalige sportpark stond hij ons op te wachten met oude kaarten en afbeeldingen van het gebied. zoals het er uit moet hebben gezien in de tijd dat de Romeinen in Krommenie waren, in de eerste helft van de eerste eeuw na Chr. Kleij: “Het was hier een glooiend gebied met verschillende kreken. En wat we hier allemaal dit jaar hebben gevonden is echt bijzonder."
De eerste opgravingen op deze locatie dateren van 1964. Toen werden door Zaanse amateurarcheologen verschillende interessante en tweeduizend jaar oude vondsten gedaan. Waaronder voorwerpen die door de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek als zeer waardevol en interessant werden beschouwd. De toenmalige burgemeester van Krommenie, meneer Provily, was ervan overtuigd dat er iets bijzonders te vinden was, wellicht zelfs Romeins.
Provily, waarnaar het sportpark later vernoemd werd, was betrokken bij een informele rivaliteit met de burgemeester van Assendelft, waar boerderijen uit de IJzertijd waren ontdekt. Gedreven door deze competitie, liet Provily medewerkers van de gemeente Krommenie meehelpen met de amateurarcheologen. Dit leidde tot de ontdekking van een palissade met een merkwaardige, onregelmatige, vijfhoekige vorm en diverse andere structuren die mogelijk op een Romeinse oorsprong duidden.
De vondsten omvatten, naast de houten omheining ook hoekpalen van een vierkant gebouw van 3,80 bij 3,80 meter. Daarnaast ontdekten de archeologen een gat met een aanzienlijke hoeveelheid aardewerk en botten. “Ze dachten indertijd dat het een put was”, vertelde Kleij. “Maar het blijkt een dichtgeslibde kreek, gevuld met talloze vondsten, waaronder botten van dieren en vissen zoals meerval en steur.”
Het was in die tijd niet duidelijk of het ging om een bouwwerk van de Romeinen of de Friezen. De vindplaats met de officiële naam Krommenie 14 kreeg toentertijd de naam Het Hain. Vandaar de naam Eilanden van Hain.
Precies 50 jaar later, in 2014 na de verhuizing van het sportterrein en met de plannen voor de komst van een nieuwe woonwijk, grepen archeologen opnieuw hun kans om het gebied te onderzoeken. Ze begonnen met proefsleuven en ontdekten dat de palissade, ondanks de aanleg van het sportterrein, nog in goede staat was. Kleij: "We hebben de palissade teruggevonden en ontdekt dat de paaltjes in klei van een oude, slingerende kreek stonden. Dat verklaart de merkwaardige vorm. Omdat alles goed bewaard was gebleven, besloot de gemeente Zaanstad om door onderzoeksbureau Argo uit Zaandam een opgraving te laten uitvoeren op het terrein. Deze vond in 2018 plaats.
De archeologen troffen onder andere restanten van wapenuitrusting aan, zoals een metalen strip van een Romeinse helm en een stukje van een riem van een Romeinse soldaat. Ook werden een Romeinse schrijfplankje en een olielampje met een gladiatorenafbeelding gevonden, typisch Romeins in stijl en gebruik. Het olielampje is zelfs kenmerkend voor de bezittingen van Romeinse soldaten. Deze vondsten gaven een duidelijker beeld van de Romeinse aanwezigheid en hun activiteiten in het gebied. De plattegrond van het vierkante gebouw leek sterk op de van romeinse wachttorens.
“Na zorgvuldige analyse concludeerden we dat de vondsten afkomstig moeten zijn van een Romeinse wachttoren uit 0 en 50 na Chr.”, vertelde Kleij. “De structuur van de wachttoren en de omringende palissade, evenals de vondsten van Romeins aardewerk en militaire uitrusting duiden hier op. De wachttoren had een directe verbinding, over het water, met de Romeinse forten bij Velsen en vandaar uit met de rest van het Romeinse Rijk. Onze conclusie: Krommenie is de meest Noordelijke Romeinse nederzetting.”
De vondsten gaven ook inzicht in het leven van de Romeinen in deze regio. Zo zijn er restanten gevonden van een oude kreek die door de Romeinen werd verbreed en gebruikt als waterweg naar andere forten, zoals die bij Velsen. Dit toont aan dat Krommenie een belangrijke strategische locatie was voor de Romeinen. De ontdekking van een Romeinse munt en een schrijflei, voorwerpen die typisch Romeins zijn, versterkten de theorie dat de wachttoren deel uitmaakte van een uitgebreid Romeins netwerk. De Romeinen gebruikten deze vooruitgeschoven posten mogelijk om inlichtingen te verzamelen of om handel te drijven met de lokale bevolking.
Kleij: “Het is speculeren of de wachttoren wellicht ook dienst deed als een uitvalsbasis voor de invasie van Engeland.”
Het gebied rond Krommenie was destijds heel anders dan nu. Er waren bevers en otters, en de Romeinen visten op meervallen en steur in de kreken. De archeologische vondsten geven een fascinerend beeld van hoe de Romeinen zich aanpasten aan de lokale omstandigheden en de natuurlijke hulpbronnen benutten.
In het jaar 47 na Chr. trokken de Romeinen zich terug uit Velsen. Toen is waarschijnlijk ook de wachttoren in Krommenie verlaten. De noordgrens van het Rijk, de limes genaamd, werd de Rijn, die toen liep van Nijmegen via Utrecht naar Katwijk. Dit bleef een paar honderd jaar zo, maar rond de 3e en 4e eeuw na Christus trokken de Romeinen zich geleidelijk terug uit Nederland door een combinatie van interne en externe factoren:
De terugtrekking van de Romeinen markeerde het einde van de Romeinse heerschappij in Nederland. Hun invloed bleef wel duidelijk voelbaar in de vorm van infrastructuur, cultuur en taal die ze achterlieten. De periode die volgde, werd gekenmerkt door een versmelting van Romeinse en Germaanse culturen, wat de basis legde voor de middeleeuwse geschiedenis van de regio.
De Romeinen hebben een belangrijke rol gespeeld in de geschiedenis van Nederland. Toen de Rijn de noordelijke grens van hun Rijk werd, bouwden de Romeinen langs deze grens diverse forten en wachttorens om hun gebied te verdedigen en handel te drijven met de lokale bevolking. Nijmegen is voortgekomen uit één van deze forten en ook onder het Domplein in Utrecht ligt een Romeins fort.
De Romeinen brachten ook nieuwe technologieën en kennis mee, waaronder geavanceerde bouwtechnieken en schrift, die een blijvende impact hadden op de regio. Met deze nieuwe ontdekkingen in Krommenie wordt een fascinerend hoofdstuk toegevoegd aan de geschiedenis van de Romeinen in Nederland, een hoofdstuk dat ons helpt om de complexiteit en de reikwijdte van het Romeinse Rijk beter te begrijpen.
De archeologische vondsten in Krommenie bieden een unieke inkijk in een periode waarin de Romeinen verder naar het noorden trokken dan we ooit eerder dachten. Deze ontdekkingen verrijken onze kennis en geven ons een dieper inzicht in de invloed van de Romeinen op de Nederlandse geschiedenis en cultuur.
Hoewel de opgravingen deze maand zijn afgerond, blijven de vondsten een waardevolle bron van informatie over de geschiedenis van de Zaanstreek en de Romeinse aanwezigheid in Nederland. Alle vondsten worden zorgvuldig gedocumenteerd en opgeslagen in een depot van archeologie museum Huis van Hilde. Hier blijven ze beschikbaar blijven voor toekomstig onderzoek.
Kleij: “Volgend jaar komt in het Huis van Hilde een tentoonstelling met documentaire over de Romeinen in Noord-Holland met speciale aandacht voor de opgraving in Krommenie. Ook wordt nu in opdracht van de provincie gewerkt aan een stripboek over de Romeinen in Noord-Holland. Een mooi verhaal met daarin ook een paar pagina’s gewijd aan Krommenie. Het zou verder mooi zijn als er een speciale app gemaakt wordt over hoe de wachttoren eruit zag en hoe hij lag in het prehistorische landschap van Krommenie. Een dergelijke app, Zaandam 1725, is ook gemaakt voor het centrum van Zaandam. Dan kan je met een druk op een knop met je telefoon door de straten van de Eilanden van Hain lopen en zien hoe het er vroeger uitzag op de plek waar de nieuwe woningen staan. De bewoners van de Eilanden van Hainwonen straks op een plek met een zeer rijke en fascinerende geschiedenis.”
We zagen het wel voor ons, dat er een een grote villa gebouwd zou worden op de plek waar de paaltjes van de palissade in de klei stonden. Een villa met een glazen vloer. Leuk bedacht, maar die komt er natuurlijk niet, want er is inmiddels niets meer te zien van de wachttoren en palissade. Alle palen, scherven en andere vondsten zijn meegenomen naar het archeologisch depot. Deze worden geconserveerd en op termijn tentoongesteld in het archeologiemuseum Huis van Hilde in Castricum.
Kleij tot slot: “Wat wel fantastisch zou zijn, is wanneer de gebiedsontwikkelaars de cultuurgeschiedenis laten terugkeren in de nieuw te bouwen wijk.”
En dat gaat ook zeker gebeuren. Gemeente Zaanstad gaat samen met AM de komende tijd nadenken over de mogelijkheden om dit unieke stukje cultuurgeschiedenis van Nederland (visueel) te laten terugkeren op de Eilanden van Hain. Denk aan een speeltoestel in de vorm van een wachttoren, de palissade en wachttoren aangeven in het plaveisel en straatnamen, etc.
Volg ons op Facebook: daar vindt u ook meer foto's van de laatste opgravingen in juni 2024.